Rita Afonso, genderadviseur en oprichtster van UsWOMEN, schreef voor Furia onderstaande opinie over misogynoir en het gebrek aan vrouwen in de Belgische politiek. Meer van Rita Afonso en over misogynoir in aflevering 1 van onze podcastreeks Stereotypisch. De opinie verscheen op 7/6/2024 in DeWereldMorgen.
"België heeft in 1994 quota ingevoerd om gendergelijkheid in de politiek te waarborgen. Sinds 2002 mag het verschil tussen de geslachten op de kieslijsten niet meer dan één zijn. Toch blijkt dat het Vlaams Parlement geen vrouwen telt onder de 124 parlementsleden. In het Federaal Parlement, met 210 leden, zijn er evenmin vrouwen vertegenwoordigd. Slechts één vrouw heeft een zetel in het Waals parlement dat 75 leden telt. Als het doel van genderquota is om de aanwezigheid van vrouwen in de politiek te bevorderen, waarom blijven vrouwen dan systematisch uitgesloten?"
‘Maar deze cijfers kloppen toch niet’, hoor ik velen al gretig denken. De uitdaging tot nu toe, was om bij het zien van het woord ‘vrouwen’ eerst aan zwarte vrouwen te denken. Of zijn zwarte vrouwen niet ‘vrouw’ genoeg om deel uit te maken van de seksequota? “Wat maakt een vrouw ‘vrouw’?” is een vraag die gesteld moet worden binnen het feministisch landschap en daarbuiten want voor zwarte vrouwen kloppen deze cijfers pijnlijk genoeg wel!
Heb je jezelf erop betrapt om bij het woord ‘vrouwen’ niet aan zwarte vrouwen te denken? Als het antwoord ja is, dan lijd je onbewust aan een ‘misogynoir’ denkpatroon. Misogynoir is een unieke vorm van anti-zwart racisme én seksisme waarvan zwarte vrouwen het doelwit zijn. Het prototypisch denken over gendergelijkheid, waarbij “vrouw” al te vaak wordt gelijkgeschakeld met “witte vrouw”, zorgt ervoor dat zwarte vrouwen zelden worden erkend als onderdeel van de bredere groep ‘vrouwen’ of als een groep die zich onderscheidt van zwarte mannen. Deze unieke problematiek noemen we de intersectionele onzichtbaarheid van zwarte vrouwen.
Waarom zijn zwarte vrouwen amper gerepresenteerd als academische onderzoekers aan universiteiten, als artsen in de gezondheidszorg en al helemaal niet in de politiek? We kunnen dus niet spreken over een effectieve vertegenwoordiging van vrouwen, net omdat die vertegenwoordiging steunt op de structurele uitsluiting van zwarte vrouwen.
Gendergelijkheid werkt voornamelijk voor witte vrouwen en doet heel weinig voor zwarte vrouwen. Genderrechtvaardigheid daarentegen betekent in de eerste plaats in eigen boezem durven kijken! Witte feministen moeten eerst en vooral erkennen hoe de focus op gendergelijkheid zonder meer de ongelijkheid onder vrouwen in stand houdt en zo bijdraagt aan de onderdrukking van zwarte vrouwen.
Het uitsluiten van zwarte vrouwen is bovendien schadelijk voor alle vrouwen, omdat de schrijnende ondervertegenwoordiging en structurele uitsluiting van zwarte vrouwen de hele ketting verzwakt. Tenslotte is een ketting maar zo sterk als de zwakste schakel. Een feminisme dat blind blijft voor de specifieke onderdrukking van zwarte vrouwen, ondermijnt dan ook de effectiviteit van de hele feministische beweging.
Feminisme zal pas intersectioneel zijn als misogynoir erkend en aangepakt wordt. En dat vraagt andere ingrepen dan seksequota. Hoe lang nog voor iedereen ziet dat er geen vrouwen in de politiek zijn zolang zwarte vrouwen nauwelijks vertegenwoordigd zijn."
Rita Afonso, genderadviseur en oprichtster van UsWOMEN