Deze opinie werd gepubliceerd in De Standaard op 26/02/2018.
Zowel Ive Marx (DS 13 februari) als Frank Vandenbroucke (DS 19 februari) kaartte de voorbije dagen het Matheuseffect van de dienstencheques aan: de fiscaal aftrekbare dienstencheques komen vooral ten goede aan de hardwerkende Vlaming die met haar/zijn tweeverdienersgezin vastloopt in de ratrace van de combinatie werk en gezin. Furia stelt ook al lang vast dat voor wie een klein inkomen heeft – en minstens zo hard vastloopt – het systeem vaak te duur is. Ondanks die manifeste ongelijkheid draagt iedereen solidair bij aan de fiscale aftrekbaarheid.
Inkomensafhankelijke cheques
Beter zou zijn om dienstencheques inkomensafhankelijk te maken. Dat zou enerzijds toelaten om de lonen op te trekken en anderzijds mensen met een lager inkomen de kans geven er een beroep op te doen. Zoals de werkneemsters uit de dienstenchequesector bijvoorbeeld, die zich zelf zelden poetshulp kunnen veroorloven (We hebben het over werkneemsters voor m/v/x aangezien zij 98% uitmaken van de sector). De verloning ligt immer laag en al helemaal bij de deeltijdse contracten die courant zijn.
Maar liefst 90% van de werkneemsters werkt deeltijds. Daar zat de afgelopen jaren geen evolutie in. Dat deeltijds werk is niet zomaar de keuze van de werkneemsters. Werkgevers verkiezen vaak deeltijdse contracten zodat de werkneemsters de job makkelijker kunnen volhouden zonder uit te vallen. Poetsen is immers fysiek zwaar werk. Financiële onafhankelijkheid is dan ook voor weinig werkneemsters weggelegd.
Zorgketting
De dienstencheques zijn een treffende illustratie van de zogenaamde zorgketting waarbij huishoudelijk werk nillens willens in handen van vrouwen blijft. Uit tijdsbestedingsonderzoeken blijkt dat vrouwen nog altijd een pak meer huishoudelijk werk doen dan mannen. En als ze al minder tijd besteden aan het huishouden, dan betekent dit dat ze het uitbesteden heeft en gaat het niet om een andere taakverdeling tussen vrouwen en mannen. Bijna 59% van de geregistreerde gebruikers van dienstencheques zijn vrouwen. En de drukke leeftijdscategorie van 30-49 jaar is oververtegenwoordigd.
Kortgeschoolde vrouwen en veel vrouwen met migratie-achtergrond worden vandaag bijna automatisch naar poetsjobs in de dienstenchequesector geleid. Alsof zij daarvoor per definitie het geschikte profiel hebben. Nochtans is tot nader order geen poets-gen ontdekt. Die stereotiepe activering versterkt de bestaande seksesegregatie op de arbeidsmarkt.
De zorgketting reikt vandaag tot buiten onze landsgrenzen. Van de werkneemsters van andere herkomst die “aangevoerd” zouden worden, zijn velen moeders die hun eigen kinderen noodgedwongen achterlaten bij oma om de kost te verdienen via huishoudelijk werk bij andere vrouwen (en mannen) ver van huis.
Financiële onafhankelijkheid en goede werkomstandigheden
Er is niks mis met het uitbesteden van huishoudelijk werk, maar de emancipatie van de ene vrouw mag niet ten koste gaan van de andere. En dat betekent in de eerste plaats financiële onafhankelijkheid en goede werkomstandigheden voor alle werkneemsters in de sector. Poetsen is geen aangeboren talent, je moet het leren. En daar komt heel wat bij kijken zoals tiltechnieken onder de knie krijgen en weten hoe je je beschermt tegen chemische producten.
Bovendien blijken werkneemsters in de sector van de dienstencheques kwetsbaar voor grensoverschrijdend gedrag. Het is een geïsoleerd beroep: De schoonmaaksters werken in privéwoniningen waar ze vaak alleen zijn met de klant zonder sociale controle of collega’s in de buurt. Uit een rondvraag van het ACV in 2017 bleek dat bijna één derde al seksueel benaderd werd en bij één derde van hen bleef het niet bij verbale schunnigheden.
Opleiding en omkadering zijn dus hard nodig. Vandaag houden de erkenningsvoorwaarden voor dienstenchequebedrijven daar evenwel geen rekening mee. Dat moet anders. Maak van de omkadering en begeleiding van de werkneemsters en de mogelijkheid om een voltijds contract te krijgen voortaan criteria voor erkenning. Trek de lonen op en maak de prijs van dienstencheques inkomensafhankelijk. Pas dan kan de dienstenchequesector de emancipatorische rol spelen die hem toegedicht wordt en zal wellicht ook het vrouw/man-onevenwicht kantelen.